De meren van Plitvice
In het Engels kennen ze de toepasselijke uitdrukking last, but certainly not least: bijna aan het einde van de vakantie gaan we naar het nationaal park Plitvice.
Veeg naar links en naar rechts om door de foto’s te bladeren.
Vandaag staat het Nationaal Park Plitvice op de agenda, dus opnieuw vroeg uit de veren! We hadden de keuze uit drie mogelijkheden om naar het park toe te gaan: met de auto, met de bus of met een georganiseerde tocht. De auto was weliswaar de optie die ons de meeste vrijheid zou geven, maar het zou wel enig uitzoekwerk rond de huur vragen, we zouden zelf moeten uitzoeken hoe bij Plitvice te komen en het was verreweg de duurste optie. De georganiseerde reis viel wat ons betreft sowieso al af, omdat het schema meestal redelijk vast lag en slechts weinig vrije tijd in het park zou bieden. De bus was een goede middenweg, maar had als nadeel dat hij niet al te vaak ging en dat het volstrekt onduidelijk was hoe lang hij er over zou doen; verschillende bronnen gaven tijden aan van twee tot drie en een half uur.
Uiteindelijk besloten we na wat navraag- en uitzoekwerk dat de bus toch het meest handige was, maar we moesten wel direct de bus van 8.30 uur ’s ochtends hebben. En aangezien deze vanaf het busstation vertrekt, rijdt om 8.00 uur een taxi voor die ons daarheen moet brengen. En daar slaagt hij prima in, want een half uurtje later zitten we in de bus. Bij het kopen van de kaartjes hoorden we dat de definitieve tijd naar het park twee uur blijkt te zijn, dus dat geeft ons zes en een half uur om in het park rond te lopen. Dat klinkt goed!
De busreis gaat erg snel, zeker wanneer je net zoals de meeste passagiers en wij de helft van de reis gewoon slaapt. Gelukkig word ik nog wel op tijd wakker om het uitzicht nog te bewonderen: eenmaal door een tunnel onder de bergen langs de Adriatische kust, bevinden we ons ineens in een prachtig heuvelachtig landschap met mooie vergezichten onder een laaghangende bewolking. Af en toe stoot ik Vonne even aan en fluister “uitzicht!”
, waarop ze haar ogen even opendoet, iets mompelt over dat het er mooi uitziet, waarna ze weer in slaap valt.
Maar uiteindelijk stopt de bus dan toch bij ingang 1 van het NP Plitvice en de chauffeur kondigt aan dat iedereen die naar ingang 2 wil, nog even moet blijven zitten. We kijken elkaar aan en vragen ons en elkaar af welke ingang we eigenlijk willen. We gokken er op dat ingang 1 prima zal voldoen (we hebben bovendien wel lang genoeg gezeten) en gaan er dus uit. Twee kaartjes verder lopen we het park in en zien dan op een bord dat ingang 1 toch degene die verder verwijderd is van Zadar en ook op een grotere afstand ligt van het stuk met de bootjes en de wandelroutes die er mooi uitzien.
In het park
Het blijkt echter niet zoveel uit te maken, want ook vanaf ingang 1 lopen een serie wandelroutes van verschillende lengtes door het hele park, waarbij ook handig genoeg staat aangegeven hoe lang je er ongeveer over doet. De routes die rond de meren gaan zouden zo’n 4–6 uur moeten duren, dus besluiten we die te volgen. Al snel staan we bovenaan een klif met een weids uitzicht op één van de meren en een waterval, waarvandaan het pad langs de helling naar beneden slingert. Vanaf daar lopen, net als in Krka, houten loopbruggen dwars door het natuurgebied, langs meren vol met vis, langs grote en kleine hellingen, watertjes, stroomversnellingen en door het bos.
Het is niet moeilijk te zien waarom de Plitvice-meren één van de populairste en ook mooiste bezienswaardigheden van Kroatië zijn. Verschillende rivieren, zowel boven- als ondergronds komen er bij elkaar en stromen dan via een serie watervallen en zestien meren, die met elkaar in verbinding staan, naar de lager gelegen rivier de Korana. Planten en bacteriën in het water vormen bovendien het gesteente travertijn op de bodem van de vallei. Dat schijnt een vrij delicaat proces te zijn, waardoor het in Plitvice verboden is om te zwemmen. Dat is jammer, want de meren met hun groenblauwe kleuren zien er zeer aanlokkelijk uit; als je ziet hoe druk het is op de looppaden, daarentegen, is het maar goed dat die strenge regels gelden.

Het is ook opvallend fris in het park. Misschien is het omdat je in een geul tussen de koele rotsen loopt, omdat de vele bomen een hoop schaduw creëren of omdat de vele watervallen flink wat koele mist in het rond werpen, maar zelfs op een zonnige dag als vandaag voelt het niet warm. Dat is overigens best aangenaam, zeker wanneer je de hele dag op de been bent, maar ’s ochtends in je T-shirt is een vest of dun jasje geen overbodige luxe.
Bij het ingangskaartje zijn één bootvaart en één treinritje inbegrepen. Er zijn twee punten in het park waar je kunt overvaren en een paar stukken waarlangs een soort kruising tussen een terreinwagen, een trein en een tank langs de heuvel omhoog en omlaag rijdt om passagiers te vervoeren, en de meeste wandelroutes maken ook ergens gebruik van deze vervoermiddelen. Zo ook de onze: al snel komen we bij de eerste stop aan waar we met een bootje moeten oversteken. Even vrezen we lang te moeten wachten wanneer het bord één afvaart per half uur aankondigt en de rij voor ons meer dan lang genoeg is om een boot te vullen. Het duurt echter maar een kleine tien minuten voor de volgende boot binnenvaart en we kunnen dan ook al snel aan boord. Na een aangenaam tochtje kunnen we weer verder lopen en ons vergapen aan watervallen, vissen, kikkers en ontzettend mooie meren.
Ik weet niet precies wat in Kroatië entertainment is, maar in het bos een beer tegenkomen, schaar ik daar niet onder.
Nu heb ik bij het Krka-park natuurlijk het woord “paradijs” in de mond genomen, dus de vraag is dan wat dit de Plitvice-meren maakt. Dit park is een heel stuk grootser met meer vergezichten, grotere watervallen en zo mogelijk nog helderder water met nog meer vissen. Maar het is ook een stuk drukker en heeft door al die grootsheid ook net minder dat rustige en lieflijke dat Krka heeft. Krijg je ooit de kans Plitvice te bezoeken: doen! Het is prachtig en de moeite absoluut meer dan waard. Maar ga dan ook gelijk even door naar Krka; het lijkt misschien eigenlijk hetzelfde, maar het is toch weer heel anders.
Eenmaal bovenaan gekomen op één van de hoogste punten van route C kunnen we met het trein-bus-tankje naar beneden, naar een halte bij ingang 2 en van daar weer terug naar ingang 1. Omdat er nog voldoende tijd is, besluiten we beneden bij ingang 2 uit te stappen en van daar een andere route te volgen langs het meer naar "onze" ingang. Dit blijkt een idyllisch paadje vlak langs de waterkant te zijn wat blijkbaar door niet al te veel mensen wordt genomen, want het is heel erg rustig.
Zo rustig, dat we onwillekeurig moeten denken aan een bord waar ook nog langere routes door de rest van het park, verder weg van de meren, stonden. Die routes waren volgens het bord naast educatief ook entertainend, onder andere omdat je de dieren van het park, zoals lynxen, wolven en beren tegen kon komen. Nu weet ik niet precies wat men in Kroatië doorgaans als entertainend beschouwt, maar een beer tegenkomen in een bos, zou ik daar niet onder scharen.
Wanneer we dus langs een verder verlaten rand van het meer wandelen, vragen we ons dus af of die beren eigenlijk wel netjes in een andere uithoek van het park blijven, en wanneer we plotseling het geluid van een brekende tak uit het bos horen komen, beginnen we ons ook af te vragen hoe goed beren eigenlijk kunnen zwemmen. Maar gelukkig zien we alleen een prachtig uitzicht en geen beren, en zo komen we na een prachtige tocht uiteindelijk terug bij de ingang van het park. Daar kunnen we nog even een apfelstrudel scoren voor we met de mobiele slaapgelegenheid (de bus) weer naar Zadar terugrijden.
Nog één etentje in het centrum van Zadar: morgen keren we terug naar Split!