Echternach
We dwalen een beetje door Echternach, schuilen in een gymnasium en praten met een tuinman.
Veeg naar links en naar rechts om door de foto’s te bladeren.
Hoewel Born een alleraardigst en zeer schilderachtig dorpje langs de rand van Klein Zwitserland bleek te zijn, was het zoals eerder gezegd ook niet heel erg groot. Twee straatjes, een kerk, een school met een brievenbus er aan en dus de camping, een hotel met restaurantje eronder, en dan heb je het wel zo’n beetje gehad. Het kostte ons dan ook niet veel meer dan een half uurtje om op ons gemak Born te doorkruisen op zoek naar een winkel en een brievenbus. We hadden dus iets groters nodig om te kunnen bezichtigen en ons in te vermaken!
De eerste geschikte kandidaat was Echternach. We waren er al doorheen gereden op de heenweg, en onderweg naar de supermarkt waren we al over het prachtige dorpspleintje gereden, dat een beetje doet denken aan het soort dorpspleinen dat je in Oost-Europa nog vaak aantreft. Dus dat zou onze eerste bestemming worden. Onder het genot van de klanken van lokale Luxemburgse radiozender Radio Aktiv (“Es ist Zeit für… elektro-dance!”), gepresenteerd door een man die klonk alsof hij vanaf zijn zolderkamer zat te hobby'en en waarvan we beiden zeker wisten dat hij nooit door de eerste ronde van een DJ-auditie-programma heen zou komen, reden we naar dit stadje.
Al gauw vonden we een parkeerplaats, en besloten op het dorpsplein te starten met een terrasje. Van daar bleek het niet ver te zijn naar de kathedraal, dus togen we die richting uit. De kathedraal zag er vreemd genoeg aardig klassiek, maar tegelijkertijd ook best nieuw uit. Het bleek te gaan om een ouder origineel dat halverwege de vorige eeuw een keer was afgebrand, maar met wat noeste arbeid en gulle gaven van de gemeenschap gewoon prompt weer was teruggebouwd. Bij de kathedraal behoorde ook een flink complex aan gebouwen, van wat vroeger een abdij was geweest. We liepen een eindje verderop de oranjerie in, wat een mooi aangelegde tuin met strak gemaaide grasveldjes, wat rozenstruiken, beelden, een fontein en een mooi vrijstaand gebouw bleek te zijn.
Overvallen door de regen
Juist toen we in de tuin stonden en er vanuit alle hoeken foto’s van hadden genomen, begon het te regenen—aanvankelijk langzaam, maar al snel toch wat harder. Vonne en ik zetten juist een sprint in richting het hek dat toegang gaf tot de tuin, toen er een tuinman aangewandeld kwam, die ons onderdak aanbood in het gebouw. Dat konden we uiteraard niet afslaan, en even later voerden we een geanimeerd gesprek in het Duits met de tuinman achter de glazen vensters van wat vroeger de oranjerie zelf was geweest. Het bleek echter nu een schoolgebouw van een gymnasium te zijn, terwijl de rest van het voormalige klooster tegenwoordig een internaat voor een stuk of acht scholen huisvestte, zo wist hij te vertellen.
Toen hij vernam dat we op de camping in Born stonden, schudde hij zijn hoofd en zei dat we naar de camping in Rosport hadden moeten gaan, waar hij vandaan kwam. Die was een heel stuk mooier en beter. Vonne en ik wisselden een blik uit, en besloten dat dit misschien niet het moment was om deze gastvrije vreemdeling te informeren dat we zijn camping hadden bezocht, maar hadden afgekeurd. Hij wist ons nog wel te voorzien van een aantal tips over dingen om te bezoeken, en raadde ook Vianden aan. Zeker voor een regenachtige dag was dit erg geschikt, want overdekt. Deze tip zou ons later nog een flinke douche schelen, maar dat wisten we op dat moment nog niet.
Na enkele minuten begon het weer op te drogen, en we bedankten de tuinman voor het geboden onderdak, en de rest van de middag verkenden we Echternach verder. Bij een VVV-kantoor pikten we een plattegrondje op, waarop we zagen dat vier torens van de oude stadsmuur waren omgebouwd tot vakantiewoningen. We besloten om de oude muur langs te lopen, en kwamen onderweg een hoop mooie kleine straatjes met kleurrijke huizen (Vonne bleef om de een of andere reden maar informeren of ik niet ook ons huis compleet roze wilde schilderen) en een aantal fraaie gebouwen tegen, voordat we tegen het eind van de middag besloten een ijsje te kopen en het park in te gaan. Eén van de voordelen van Luxemburg—ondanks de korte regenbuitjes af en toe, is het daarna gewoon weer zonnig en warm. Toen we het park inliepen, kwamen we er achter dat we bij toeval onze eerste schreden op het Müllerthaler Trail hadden gezet, één van de wandelroutes die door het park van Echternach bleek te lopen. We zouden de vertrouwde bordjes met de rode M deze vakantie nog een stuk vaker zien, maar voor nu keerden we terug naar onze tent voor een maaltijd.