Van Texas naar Arizona
Een lange rit door drie staten van Amerika brengt ons langs auto’s in het zand, oneindige landschappen en uiteindelijk naar het wigwam-motel.
Veeg naar links en naar rechts om door de foto’s te bladeren.
Vanochtend waren we opgestaan met het idee dat de temperatuur ongeveer hetzelfde zou zijn als de dag ervoor (85°F of 30°C), maar dat viel tegen. ’s Ochtends bibberden we de auto in met 45°F! Het waaide vooral heel hard. De wind was ook koud toen we eerst naar de Cadillac Ranch gingen. Dat ligt net buiten Amarillo waar een aantal auto’s half begraven in de grond rechtop staan, helemaal ondergespoten met kleurige graffiti. We waren helaas de graffiti-spuitbus vergeten van Joe om onze handtekening te zetten. Ook had Nynke “Scherer Lab” niet gevonden, wat waarschijnlijk al 10× is overgespoten. Het waaide veel te hard en het was veel te koud om er lang van te genieten. Dus gingen we snel de warme auto weer in.
Vandaag zou een lange dag rijden worden naar Arizona. Het is best leuk rijden door de VS. Het landschap is mooi om te zien en de grote wegen zijn van goede kwaliteit. Op de weg zie je allerlei verschillende auto's. Ook zie je campers, waar soms een auto achter is gekoppeld. Caravans worden aan een truck gekoppeld, zodat het bijna één wagen is. Deze caravans zijn soms enorm. Ook naast de weg zie je verkeer. Op de spoorlijn rijden ongelooflijk lange goederentreinen, met soms een stoomlocomotief ervoor. De vrachtwagens rijden hier erg hard en vaak word je er door één ingehaald ook! Het landschap is ook wisselend.
Gratis: Een steak van 2 kilo. Je moet hem wel binnen één uur opeten.
Vandaag reden we zelfs drie staten door. We begonnen in Texas en reden helemaal door New Mexico naar Arizona. De omgeving was droog: geel zand of gras met kleine groene struikjes. Later waren er ook roodgekleurde vlakten en kwamen er heuvels en zelfs bergen. De heuvels lijken soms op begroeide zandduinen. Er groeit alleen wat gras op en kleine struikjes, verder is het kaal. Texas was duidelijk platter. Sommige heuvels zijn net rotspartijen met losse stenen ernaast. Heel gevarieerd dus met soms prachtige uitzichten. Dat maakt het ook leuk om doorheen te rijden.
Meezingend met de muziek en knabbelend op wortels en dropjes kwamen we de dag wel door. Langs de weg zagen we ook koeien of paarden grazen. Eén keer zagen we een zwarte vlakte, waarvan we ons afvroegen of het vuilnis was, maar het waren een heleboel koeien bij elkaar. Ook zagen we roofvogels rondvliegen. De snelweg is duidelijk ingesteld op lange ritten. Als je rondrijdt kun je heel ver kijken zonder een enkel gebouw te zien. Af en toe is er een stadje dat waarschijnlijk leeft van de mensen die er doorheen rijden. Er wordt dan ook ver van tevoren al reclame gemaakt. Dichtbij de stad zijn er veel borden over wat er te halen valt, maar er zijn ook borden met de mededeling dat je over twee uur rijden bij een bepaald restaurant bent. Zo kwamen we gisteren ver voor Amarillo al veel borden tegen met reclame voor een 72oz steak, die gratis was. Dit is ongeveer twee kilo en hij was gratis als je hem binnen een uur opkreeg. Daarnaast waren er borden langs de weg met de boodschap dat Jezus je zou redden.
De weg was niet altijd goed, al was dat het meestal wel. Er lagen soms autobanden langs de weg (of meer stukken daarvan). Soms waren ze op de weg gelegd, misschien om slechte stukken of gaten te markeren. Af en toe had het landschap wel iets weg van de Nederlandse Veluwe, maar dan wat droger. Ze hebben hier ook veel windmolens langs de weg en we zagen het groene gras van FC Gallup—zoals wij dit voetbalveldje doopten.
De bordjes met afstanden tot de steden begonnen steeds meer tegen te vallen op het eind van de dag: het nam niet heel snel meer af. Met de stoppauzes waren we al ruim tien uur onderweg. Gelukkig hadden we twee uur gewonnen, want we waren een tijdzone doorgereden en Arizona doet niet aan zomertijd. Moe van de lange dag kwamen we aan bij het tipimotel. Het was vlak aan de weg waar we al de hele dag op hadden gereden: Interstate 40, die langs/over Route 66 gaat. We reden er al op sinds Amarillo en zouden er morgen weer verder op gaan.
Het motel zag er schattig uit met een paar tipi’s die niet van stof waren, maar gewoon een soort huisjes met een puntdak, en daarvoor oude Cadillacs. Zo kreeg het geheel een oude uitstraling. De vrouw achter de balie was niet heel verwelkomend en wat kortaf, maar de tipi was leuk van binnen. Er stonden twee bedden met een sprei erover dat Indiaans aandeed. Er was een klein badkamertje, een tv en een kachel. Die laatste deden we snel aan, want het was nogal koud.